De gezondheid van werknemers in relatie tot de vele beeldschermen die zij tegenwoordig gebruiken, kent verschillende aspecten. De belangrijkste zijn werkhouding, gebruiksduur en straling.
Het grootste effect op de gezondheid heeft de houding waarin werknemers hun beeldschermen gebruiken. Een correcte zit- of stahouding (tool) voorkomt klachten aan rug, nek, schouders en armen. Dit is per apparaat wel verschillend: een pc op het bureau met één of meerdere schermen vereist een andere werkhouding dan een laptop. Naast de positionering van de apparaten en de houding van de gebruikers, moet men ook goed op de gebruiksduur van het beeldscherm letten. Elke langdurige uitvoering van taken of werkzaamheden – met vaak herhalende bewegingen en ook nog langdurig in een bepaalde houding – kent immers een risico voor de gezondheid.
Twintig seconden naar buiten kijken
De Arbowet geeft geen wettelijke norm voor het aantal uur beeldschermwerk per dag. Wel is er een toelichting op de wet, die adviseert om zonder afwisseling van taken maximaal zes uur per dag achter een beeldscherm te werken. Nog verstandiger is het om dit te beperken tot zo’n vier uur per dag, en in ieder geval zo veel mogelijk af te wisselen met andersoortig werk en pauzes. Dat laatste zouden werknemers kunnen invullen met een blokje om, want even in de buitenlucht met wat daglicht is goed voor de ogen. Net als na elke twintig minuten naar een beeldscherm staren even twintig seconden in de verte (het liefst naar buiten) kijken. Ook deze zogenoemde ‘20-20-regel’ houdt de ogen van beeldschermwerkers gezond.
Ultraviolette straling en infraroodstraling
Een beeldscherm zendt daarnaast altijd optische straling uit. Deels is dit onzichtbaar, want naast het zichtbare licht dat nodig is om überhaupt iets te kunnen zien, komt er ultraviolette straling (UV) en infraroodstraling (IR) mee. Door de huidige stand van de techniek is de invloed van deze straling op de gezondheid (denk aan klachten als hoofdpijn en vermoeidheid) echter zeer gering tot verwaarloosbaar. De uitgezonden straling van moderne schermen is namelijk nog maar een fractie van wat volgens (inter)nationale normen maximaal toelaatbaar is. Stralingsabsorberende folie of voorzetschermen hoeven dus (nog) niet, maar beeldschermwerkers kunnen wel het volgende aanhouden: