Werkgevers vergoeden vaker fietskilometers dan in 2023
Een stijging van 226 procent is te zien in het aantal kilometervergoedingen dat fietsers van de werkgever krijgen, omdat werknemers steeds vaker fietsen naar het werk.
Werknemers maken minder gebruik van de auto en het openbaar vervoer, waardoor werkgevers tot wel 50 procent op kosten kunnen besparen. Dit blijkt uit onderzoek van mobiliteitsspecialist Shuttel onder meer dan 125 werkgevers. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van de Fiets naar je Werk-dag op 16 mei.
Directe besparing voor werkgevers
Als werknemers het openbaar vervoer inruilen voor de fiets, levert dit bedrijven een directe besparing op. De vergoeding voor werknemers die met het openbaar vervoer reizen, kan oplopen tot 34 cent per kilometer. Dit gebeurt wanneer de werknemer een relatief korte afstand naar werk aflegt met het OV, omdat organisaties hierdoor met hoge opstartkosten kampen. Werknemers die naar werk fietsen, krijgen een onbelaste maximale vergoeding van 23 cent per gefietste kilometer.
Werkgevers die werknemers laten overstappen van de metro, tram of bus naar de fiets binnen een niet al te grote straal van de werkgever, kunnen tot 32 procent aan kosten besparen.
OV blijft steken
Het fietsgebruik laat de grootste stijging zien (+226%), gevolgd door de auto (+9%). Hoewel het aantal treinreizen in absolute aantallen is gestegen, heeft het aandeel treinreizen ten opzichte van andere vervoersvormen een daling van 24% ondergaan.
Ondanks de geringe groei in het openbaar vervoergebruik, bevestigt de groei van het fietsgebruik de algemene verschuiving naar duurzame mobiliteit. Dit is ook terug te zien in de praktijk: steeds meer werkgevers bieden bijvoorbeeld leasefietsen aan. Ook komt het elektrificeren van wagenparken vaker voor.